maandag 4 april 2016

Boekverslag onder het donkere water

             Boekverslag
Onder het donkere water







Gemaakt door:                                                            Auteur: Ruben Prins

Joran van Eijl, 3D                                                      (geboren op 26 mei 1978 in Hilversum)
                                                   















Inhoudsopgave



Inleiding

Hoofdstuk 1: zakelijke gegevens

Hoofdstuk 2: samenvatting

Hoofdstuk 3: eigen mening

Hoofdstuk 4: korte verwerkingsopdracht

Hoofdstuk 5: lange verwerkingsopdracht

Bronvermelding

























Inleiding



Ik heb dit boek gekozen omdat de titel me al aansprak. Naarmate ik verder ging lezen, werd het boek steeds aantrekkelijker om te lezen en is het zeer vermakelijk. Het boek gaat over een onderzoek naar een moord. Op televisie kijk ik ook vaak naar detectiveseries zoals CSI en NCIS, omdat deze verhaallijnen heel interessant en leerzaam zijn. Je kan het boek goed vergelijken met zo’n detectiveserie. Ondanks dat er wordt gezegd dat het boek voor tieners is, denk ik dat het voor oudere mensen ook vermakelijk is.

Ik ga beginnen met de zakelijke gegevens van dit boek.

Daarna geef ik een korte samenvatting over de inhoud van het boek.

Als derde onderwerp geef ik mijn mening over het boek.

Uit het handboek van Nederlands heb ik een korte en een lange uitwerking gekozen en uitgewerkt.

Ten slotte geef ik in de bronvermelding aan welke bronnen ik voor dit boek heb gebruikt.



























Zakelijke gegevens



Titel: onder het donkere water

Auteur: Ruben Prins

Aantal bladzijden: 101

Uitgeverij: Wolters-Noordhoff met een licentie van uitgeverij Leopold, Amsterdam

Plaats van uitgeverij: Groningen/Houten

Jaar van uitgave: 2008































Samenvatting

Het verhaal gaat over een jongen genaamd Sven. Sven fietst op een nacht na een feestje naar huis, maar dan ziet hij een donkere schim van een man op een brug staan, de Oude Vaart. Hij heeft een rolstoel vast met iemand erin. Dan ziet Sven dat de man de rolstoel samen met de persoon erin over de brug gooit en in het water laat vallen. Sven vertelt dit aan zijn vriendin Vicky en zij horen op de radio dat er inderdaad een moord is gepleegd. Even later gaan ze naar de ‘plaats delict’ en komen daar een blinde ex-rechercheur tegen genaamd Bert Mol. Ook komen ze rechercheur Vrakking tegen, maar Bert wantrouwt Vrakking. ‘Vrakking heeft nogal veel contact met de onderwereld,’ zei hij tegen Sven en Vicky. ‘maar ik heb het nooit kunnen bewijzen.’ Samen gaan ze op onderzoek uit om naar aanwijzingen te zoeken en de moordenaar te ontmaskeren. Na verder onderzoek komen ze erachter dat de vermoorde persoon een vrouw van tussen de veertig en vijftig jaar oud was: mevrouw Wester.



Ze gaan met een taxi naar het huis van mevrouw Wester en treffen daar vreemde dingen aan: alles ligt overhoop, waardoor ze denken dat er ingebroken is, ze zien het Stedelijk Museum voor Schone Kunsten’ waar later meer duidelijk gaat worden en Vrakking is opeens in de deuropening komen te staan en houdt de drie onderzoekers aan ‘wegens inbraak en verhindering van het politie-onderzoek’.



Eenmaal aangekomen op het politiebureau worden ze verhoord door hoofdrechercheur De Rooy en rechercheur Vrakking. Bert zegt dat Sven de moordenaar heeft gezien. Daarna zegt De Rooy dat de detectives moeten stoppen met het onderzoek. Toch wilden ze doorgaan, maar dan horen ze sirenes en zien ze een ambulance voorbij rijden. Ze renden dezelfde richting op als de ambulance en Vicky vraagt aan een oud dametje wat er is gebeurt. Ze antwoordt: ‘Iemand is aangereden, een blinde man geloof ik. Ze wurmen zich door de menigte heen en zagen inderdaad een man liggen. Het was Bert, hij was aangereden. De ambulance bracht hem naar ‘Het Academisch Ziekenhuis’, een ziekenhuis in de buurt. De volgende dag komen Sven en Vicky op bezoek in het ziekenhuis en daar stond een verpleegster hen op te wachten met een ernstig gezicht. De kinderen liepen naar binnen en zagen een lijkbleke Bert Mol met de ogen gesloten. Ze dachten na. Misschien was het helemaal geen ongeluk, maar misschien zou het te maken kunnen hebben met de moord! Dat Bert al te veel wist en door de moordenaar uit de weg geruimd moest worden? Toen kwam De Rooy binnen. Hij zei dat het geen ongeluk was, maar dat hij bewust aangereden was. Sven denkt dat Vrakking de moordenaar is.



Om de moordenaar te vinden gaan ze naar het huis van Bert en zien vijftig meter van het huis een sportwagen geparkeerd staan die verdacht veel op die van Vrakking lijkt. Ze lopen een gangetje in en zien daar Vrakking lopen met een computer, hij stapt in de auto en rijdt weg. In het huis van Bert zoeken ze naar aanwijzingen die naar de moordenaar kunnen leiden. Ze nemen het kladblok van Bert mee naar huis en beginnen het te ontcijferen omdat het in braille is geschreven. Het leken een soort hints: La belle au dois dormant, Romeo et Juliette, le casse noisettes, le lac des cygnes, la sylphide en Sylvestre Frontier. Vertaald vormen het allemaal balletten. Ze komen erachter dat het over Nina Nureyeva gaat, een balletdanseres die ernstig hersenletsel op heeft gelopen en daarom in een rolstoel zit. Sven komt erachter dat de moord met ballet te maken had, omdat mevrouw Wester ook balletjurkjes en schoentjes had. Ook komt hij erachter dat een schilderij van het zwanenmeer in het Stedelijk Museum hing. Maar de schilderijen zijn gestolen. Ze gaan naar het politiebureau en willen aan hoofdrechercheur De Rooy vertellen wat ze weten, maar die is er niet. De vrouw achter de balie vertelde dat De Rooy haar een half uur geleden belde en heel overstuur klonk en heel diep in gedachten was. Vicky en Sven gingen naar het ziekenhuis om te kijken hoe het met Bert ging. ‘Hij begint bij te komen.’ zei een verpleegster. Ze zei dat De Rooy er ook was, maar die was nergens meer te bekennen. Bert kon hen wel horen, dus vroeg Sven of Vrakking de moordenaar is. Bert gaf geen antwoord, maar toen Sven en Vicky gingen nadenken over wie de moordenaar was, begon hij te schudden, te trillen en te mompelen: ‘Moord… Moordenaar… De moordenaar is… Vra… Vra… Vra… nu weet Sven bijna zeker dat Vrakking de moordenaar is. Dan gaan ze, iets over zeven ’s avonds naar hoofdrechercheur De Rooy. Ze klimmen door een klein, hoog raampje en zijn binnen. Opeens horen ze hard geschreeuw. Ze liepen naar de kamer waar het geschreeuw en gekreun vandaan kwam en zagen een bed. Er lag een vrouw op: Nina Nureyeva.

Toen kwam De Rooy binnen. Sven merkte dat hij te veel gedronken had. Hij had een doos bij zich met balletspullen. Opeens zag Vicky bekende schilderijen. Híj had mevrouw Wester vermoord en was ook van plan om hetzelfde te doen bij Nina. Bert wilde niet Vra… Vra… Vrakking zeggen, maar Fra… Fra… Frank! De Rooy haalde een pistool onder zijn colbert vandaan en Sven en Vicky werden naar de garage geleid. Ze werden daar opgesloten en hoorden de muziek van Het Zwanenmeer. Maar doordat Sven met een schaar de scharnieren van de deur loswrikte, konden ze ontsnappen. In het zwanenmeer zou de witte zwaan in het meer verdrinken en zou de prins erachteraan gaan. Maar nu is het echt! Ze hoorden voetstappen langs de garagedeur gaan en hoorden de voordeur dichtslaan. De Rooy is van plan Nina te verdrinken en daarna zichzelf te vermoorden. De Rooy gaat met Nina naar de Oude Vaart, dacht Sven, om het zwanenmeer na te spelen.



Sven en Vicky gingen achter hem aan. Ze zagen De Rooy met Nina staan op de brug. De Rooy houdt Nina boven het water onder de volle maan. Sven wilde schreeuwen, maar zijn stem weigerde weer. De Rooy opende zijn armen en Nina verdronk in het water. Sven rende de brug op en De Rooy pakte zijn pistool. Hij klom op de reling, bracht het pistool naar zijn hoofd en- ‘STOP!’ riep Sven, maar het schot smoorde Svens geschreeuw. Even later staan Sven, Vicky en Bert op de brug te praten over de moord en alles eromheen. Sven gooide een steen in het water, zag het in het donkere water zinken en deed onhoorbaar een wens: hij wenste dat de herinneringen van die nachten zouden wegzinken, net zoals die steen. Gezonken onder het donkere water.























Eigen mening



Mijn mening over dit boek is zeer positief. Er zit veel humor en spanning in en het detectivewerk wat de kinderen doen zet je zelf ook aan het denken: ‘wie is nou de moordenaar?’ Dat is een vraag die tijdens het lezen van dit boek vaak in je opkomt. Het boek is geschreven in een hij/zij perspectief, dus beleef je het avontuur steeds weer in de ogen van een ander, dat maakt het boek minder langdradig.

 Door de vertraging die erin zit en de ruimtes die beschreven worden, komt er meer spanning en raak je weer gemotiveerd om verder te lezen. Elke keer als ik dacht: ‘ik stop even met lezen.’ Kwam er weer een spannend stuk en wilde ik per se verder lezen. Vooral de spannende stukken in de onderzoeken van Sven en Vicky spraken mij erg aan. Door de aanrijding met Bert Mol, kwam er een spannende twist, waardoor Sven en Vicky zonder Bert verder moeten zoeken naar de aanwijzingen. Het boek blijft spannend omdat er veel wisseling in de plaats is waar ze zijn. Omdat het boek alleen maar over de moord gaat, begon het boek soms toch net iets te langdradig worden, maar als het dan te langdradig werd, kwam er weer een spannend of humoristisch stuk, waardoor ik weer verder wilde lezen

Soms zitten er lange, schuine teksten in, wat over het ballet en de visioenen van Sven gaat, maar voor mij heel onbegrijpelijk en een beetje overbodig is, omdat verhaal hierdoor verhinderd wordt en vertraagt.

Het verhaal spreekt mij aan, omdat boeken met mysteries, waarbij je over dingen kan nadenken, erg interessant en vermakelijk voor mij zijn. Het is niet alleen lezen, maar ook nadenken en vragen stellen. Ondanks dat het boek niet veel bladzijden heeft, kan je toch veel informatie eruit halen en jezelf goed vermaken. ik ben blij dat ik dit boek heb gelezen. Ook al is het een boek voor kinderen van 10-12, mensen ouder dan twaalf jaar zouden hier zelfs nog wat van kunnen leren en ik denk dat het boek de meesten ook goed kan amuseren.



















Korte verwerkingsopdracht



als korte verwerkingsopdracht heb ik deze opdracht gekozen:

teken een plattegrond van een belangrijke ruimte in het verhaal. Leg in ongeveer honderd woorden uit waarom deze ruimte belangrijk is en hou je weet of waarom je denkt dat die ruimte er zo uit moet zien




Ik denk dat de Oude Vaart de belangrijkste ruimte is in dit verhaal. Hier worden de moorden gepleegd en wordt duidelijk waarom dat gedaan wordt. Hierop is te zien dat De Rooy Nina net in het water heeft gegooid en op het punt staat om zelfmoord te plegen. Rechts daarvan zie je Sven proberen De Rooy tegen te houden.

Ik denk dat de Oude Vaart er ongeveer zo uit heeft gezien omdat ik denk dat er een paar huizen stonden, één of twee parkjes en het ziekenhuis die vlakbij de brug staat, omdat dit ook een belangrijke plek is waar veel gebeurt.

Ze staan op een brug, dus ik denk dat het een lange, doorlopende sloot is waar De Rooy de moorden heeft gepleegd.

In het boek wordt gezegd dat het donker water is, maar ik denk dat het wel meevalt hoe donker de kleur is, ik denk dat het ‘het donkere water’ wordt genoemd omdat hier moorden zijn gepleegd en het daardoor als donker wordt beschouwd.

































Lange verwerkingsopdracht



Als lange verwerkingsopdracht heb ik gekozen om een nieuwe omslag te ontwerpen voor het boek, omdat ik vind dat de omslag wel wat beter gemaakt kan worden.

Voorkant:

 



Achterkant:

 






Bronvermelding

Als bronnen heb ik gebruikt:



Nederlands handboek

Boek ‘Onder het donkere water’