maandag 10 februari 2014

Toetanchamon verhaal Nederlands

Nederlands opdracht 2.1 blok 4

Hij wist dat weglopen geen zin meer had. Hij bleef staan, en de ruiters stonden nu voor hem. Oeni's hart bonkte in zijn keel. Maar het verliep niet zoals hij verwachtte. 'Wij brengen je wel naar het paleis.' Zei een van de ruiters, 'Lapiros'. ' Hier heb je wat te eten, spring achterop, en wij brengen je wel. Je zal vast wel moe zijn.'' Uuh, bedankt.' Zei Oeni, en hij sprong achterop. Hij wist wat hem te wachten stond. Eje zou hem hoe dan ook vermoorden. Daarom genoot hij van het landschap, de wind, en at een beetje. Hij viel in slaap. Hij droomde over hoe hij Toetanchamon hielp. 'We zijn er.' Zei Lapiros. Oeni was misselijk en had hoofdpijn. Het leek wel alsof zijn benen al zestig kilometer gerend hadden. Wegrennen kon hij sowieso niet meer, en afstappen moest. Oeni liep heel langzaam naar binnen.' Nou, op naar de dood'. Dacht hij. ' kijk eens wie we daar hebben' zei Eje. 'De vluchteling, heb je je vriend meegenomen'? 'Dit is Lapiros, Eje. En ja, het is mijn vriend'. 'Hoe durf je mij zo aan te spreken? Ik ben nu de koning, en het volk vreest mij'! Zei Eje, en hij gooide een speer naar Oeni. Lapiros werd boos en gooide de speer terug. Hij raakte een hard lachende bewaker. Eje werd kwaad, trok zijn zwaard, en sloeg met zijn zwaard tegen Lapiros' arm. Oeni trok ook zijn zwaard en duelleerde tegen Eje. Heel het volk heeft het geschreeuw gehoord en kwam het paleis binnen. De meesten moedigden Oeni aan, maar de bewakers moedigden Eje aan. Ze sloegen, verdedigden, en staken. Maar toen stak Oeni recht in Eje's maag. Eje viel dood neer, en er was heel even een kleine stilte. Toen beseften ze dat Eje dood was, en joelden ze naar Oeni. Lapiros liet mensen stemmen of Oeni koning mocht worden, en hij de bewaker, samen met Seneb en Horemheb. Dat mocht volgens het volk, en ze leefden nog lang en gelukkig